Beekbodemverhoging in relatie tot de bebouwing in Gasteren

Het heeft even geduurd, maar onlangs ontving Dorpsbelangen van het Waterschap Hunze en Aa’s een uitgebreid antwoord op de vraag: Wat zijn de gevolgen van de beekbodemverhoging voor de bebouwing van het dorp Gasteren? Kort gezegd komt het erop neer dat de recentelijke beekbodemverhoging geen gevolgen heeft voor de bebouwing van het dorp Gasteren.

Hier volgt (in cursief) het complete antwoord van het waterschap:

Graag verwijs ik u voor achtergronden en toelichting over de beekbodemverhoging naar onze website: https://www.hunzeenaas.nl/projecten/beekbodemverhoging/ en de nieuwsbrieven die u ook op deze webpagina aantreft.

We hebben de beekbodemverhoging uitgevoerd op drie trajecten van het beekstelsel van de Drentsche Aa, te weten in het Zeegserloopje, het Anloërdiepje en het Taarlooschediep. De beekbodemverhoging is dus niet doorgevoerd in de hoofdloop (Oudemolensediep) waarlangs het Gasterensediep (en het dorp Gasteren) afwatert.

In alle drie trajecten hebben we de bodemverhoging afgebouwd voordat deze trajecten bij de hoofdloop van de Drentsche Aa komen.

Het traject met beekbodemverhoging dat het dichts bij Gasteren is uitgevoerd betreft het Taarlooschediep. De bodemverhoging is uitgevoerd door het inbrengen van zand in combinatie met houtig materiaal (boomkruinen en boomstammen). Het inbrengen van dit houtig materiaal zorgt voor meer ecologische variatie en draagt daarnaast ook bij om het zand extra vast te houden.  We hebben in het Taarlooschediep de beekbodemverhoging geleidelijk afgebouwd en zijn met het inbrengen van zand gestopt bovenstrooms van de laatste twee meanders voor dat het Taarlooschediep zich bij Tweediepskolk bij het Gasterensediep/Oudemolensediep voegt. In het benedenstroomse deel van het Taarlooschediep hebben we extra houtig materiaal (boomkruinen en boomstammen) gebracht om uitspoeling van zand naar het Gasterensediep/Oudemolensediep te voorkomen.

Zelfs bij de hele hoge afvoeren die we in februari in de beken hadden is het ingebrachte zand op verhoogde trajecten goed blijven liggen. Dit betekent eveneens dat de uitgevoerde beekbodemverhoging geen invloed heeft op de afvoer van het Gasterensediep en de bebouwing van Gasteren.

Verder merk ik op dat maaiveld op de plek waar het Taarlooschediep bij het Gasterensediep/Oudemolensediep komt bijna 4 meter lager ligt dan de laagst gelegen bebouwing van Gasteren. Dat betekent dat, zelfs als de beek bij Tweediepskolk tot aan de rand zou worden gevuld met zand en al het water hier over maaiveld zou moeten stromen,  dit nog steeds geen beperking zou vormen voor de afvoer van water uit Gasteren. Het water uit Gasteren zou dan nog steeds vrij en ongehinderd kunnen afstromen.

Het Waterschap hoopt dat hiermee eventuele zorgen over de beekbodemverhoging zijn weggenomen.

Meer informatie over beekbodemverhoging is hier te vinden.