Een ochtend van de Werkgroep Natuurbeheer Gasteren

(Overgenomen uit de Digitale Nieuwsbrief Nationaal Park  Drentsche Aa nr. 46.)

Als we, mijn buurman Henk en ik, om negen uur bij de schuur van Marijke en Eduard aan komen fietsen staat Herman, onze coördinator, al te wachten. Niet ongeduldig, zeker niet. Eerder hoopvol voor de ochtend die komen gaat en blij dat het weer woensdag is. Binnen een paar minuten meldt de rest van de werkgroep zich ook. Marian, Frits, Hans, Joyce, Niek, Kitty, Jan, José, Piet, Ben en Marjolein. Allen inwoners van Gasteren. Zo’n tien, twaalf mensen. Het aantal varieert per week. Ongeveer eenderde is gepensioneerd. De rest werkt parttime of heeft bijvoorbeeld onregelmatige diensten. Ongeveer eenderde is vrouw. We hebben de jeugd al even achter ons liggen, maar dat willen we niet weten. Na de gebruikelijke ditjes en datjes (Ah, je bent er weer. Ziek geweest? Nee, weekje Lanzarote) laden we de gereedschappen in de auto van Herman: een kruiwagen, spaden, snoeizagen, takkenscharen en een kabellier. En dan vervolgens hup, naar de heide.

Zo’n twee jaar geleden nam Herman Roepman het initiatief om een werkgroep te starten met als doel het opschonen van de heides rondom Gasteren. Zoals zoveel, vooral kleinere, heidevelden in Drenthe is een aantal heidevelden van Gasteren ook overwoekerd door verschillende struiken en bomen: Amerikaanse vogelkers, berk, lijsterbes, jonge eikjes en ander vrolijk gebladerte. Op zich een natuurlijk verschijnsel, dat dichtgroeien. Maar wie van mooie open heides houdt, en wie doet dat niet, doet er goed aan deze open te hoúden. Dat kan door begrazing door schapen of runderen. Zeg maar, Drenthe als ‘oerprovincie’. Maar als de overwoekering massaal is dan helpt alleen nog handmatig of machinaal verwijderen van de struiken en bomen. Uit contacten daarover van Herman met Het Drentse Landschap (HDL) en Landschapsbeheer Drenthe (LBD) bleek dat zij van harte bereid zouden zijn om vrijwilligers die daar wat aan willen doen, te ondersteunen. Zo gezegd, zo gedaan. Na zijn oproep in het plaatselijke stinkertje meldden zich meteen al zo’n twintig mannen en vrouwen.

Zo startten we in januari 2016. In eerste instantie zonder doorwrocht plan, dat kwam een jaar later. Gewapend met takkenscharen snoeiden we de vogelkers tot op de stam. Met spades groeven de sterke mannen exemplaren met wortel en al uit. Ik zag veel zweet bij mijn mede-werkgroepleden. De takken en stronken deponeerden we aan het zandpad. Het Drentse Landschap zorgde voor de afvoer. Dit was een aangename kennismaking, maar we wisten: dit was goed, maar niet goed genoeg. Want datzelfde jaar nog zouden de gesnoeide struiken met hernieuwde kracht weer uitlopen, met alle gevolgen van dien. En dan zouden we weer aan de gang moeten. Dat zou een gebed zonder end worden. Maar er kwam een echt beheerplan. De terreinen, de eigenaren, de te nemen maatregelen, de werkzaamheden, de planning, de soorten die we per se moeten laten staan (b.v. de vuilboom), alles staat er in. Opgesteld door Bart Kuiper van Landschapsbeheer Drenthe in overleg met Het Drentse Landschap en de betrokken particuliere eigenaren en natuurlijk Herman, onze coördinator.

De werkgroep heeft ook al twee excursies achter de rug. Een naar een collega-werkgroep in Zeegse over hun ervaringen bij het Siepelveen in de Zeegser Duinen en een naar de Gasterse Duinen over de ecologie van de heide. Interessant en leerzaam.

Om half elf gebeurt er iets opmerkelijks. Zonder hoorbaar signaal stoppen we met werken, leggen de snoeischaren, zagen en spades neer en komen we samen op een plek waar Kira, de vrouw van Roepman, de koffie met koek al klaar heeft staan. Koffiepauze deluxe. Herman doet, als hij de kans krijgt, met een serieus gezicht enkele mededelingen. Over zijn overleg met enkele particuliere grondeigenaren die ons misschien wel toe willen laten op hun terrein. Over het overleg met Landschapsbeheer Drenthe over de voortgang. Over de mogelijke inzet van een minikraantje voor het rooien van enkele ‘vogelkersplantages’. Over het gebruik van een kabellier voor de zware stobben. Hermans inzet is bewonderenswaardig en dat geeft óns weer energie.

Na de koffie gaan we weer aan het werk. De takken en stobben leggen we nu op rillen aan de rand van de heide, een beetje verscholen in het bos. Het worden tijdelijke schuilplaatsen voor insecten, kleine vogelsoorten en zoogdieren. De rillen zullen in de komende jaren langzaam maar zeker vergaan.

Om twaalf uur is het klaar. Bezweet, moe maar voldaan brengen we onze zagen, spades en scharen weer naar de auto van Herman. Sommigen zijn zo eerlijk om te bekennen dat de sofa die middag hun grootste vriend is.

Waarom doen we dit van 15 augustus tot 15 maart? Het is vrijwillig en iedereen heeft zo zijn redenen. Vaak zijn het meerdere redenen. De een wil een paar uur de bovenkamer fris maken en los komen van zijn of haar dagelijks werk. De ander wil puur lichamelijk actief zijn. Weer een ander wil contact met wat andere inwoners van Gasteren. Maar allemaal vinden we het heerlijk om, zelfs bij regenspetters, in de natuur actief te zijn. Ook al zijn we geen biologen. En wat zo mooi is: het helpt! In het gebied dat we in 2016 en 2017 onder handen hebben genomen staan nu al nieuwe jonge spruiten van de struikheide! Er zijn hele mooie zichtlijnen en doorkijkjes gekomen. Klaar voor wandelaars en fotografen. En de terreineigenaren zijn ook enthousiast. Maar dat is logisch.

Peter Pasman, Gasteren

Voor wie ook zo’n natuurwerkgroep zou willen starten en van de ervaringen van de Natuurwerkgroep Gasteren zou willen leren, neem gerust contact op met Herman Roepman (h.roeps@planet.nl)